background image
‘Alfa’; zij was boven alle goden en wie van de opperste god iets
wilde verkrijgen, moest het door haar afsmeken; zij noemden haar
ook een korenschuur. Er groeide uit het middelpunt of de navel
van haar buik een bos dikke tarwearen en het beeld hield deze bos
in de handen gevat. Het hoofd was tussen de schouders gedrukt
en voorwaarts gebogen en op de nek stond een vat vol wijn, doch
eerst is er wijn in gegoten moeten worden.
In hun godsdienstleer kwam ondermeer deze hoofdwaarheid voor:
“De tarwe moet veranderen in brood en de druif in wijn om alle
mensen te verkwikken en te voeden.” (cfr. Ps. 103, 14-15).
Boven dit beeld was een soort van kroon, en ik zag boven deze
kroon op de zuil, 2 letters die mij ‘O’ en ‘W’ schenen te zijn
(Alfa en Omega, eerste en laatste letter van het Griekse
alfabet)831.
In deze tempel stond nog een koperen altaartafel, waarop ik iets
zag dat me zeer verwonderde: onder een ketelvormig licht
scherm, dat zij wegnamen, stond een rond tuintje, geheel met
goud om- en overtralied, waardoor het op een vogelkooi geleek en
daarboven stond het beeld van een maagd.
Te midden van het tuintje stond onder een open tempeltje
(of, naar latere mededelingen, een vierkant tuintje met afgeronde
hoeken, 6 voet lang, bij 5 voet breed, zie tekening), een bron met
verscheidene waterbekkens boven elkaar, die echter allemaal
gesloten of verzegeld waren.
831 Bedoeld is waarschijnlijk de godin ‘Anat’. De grondbetekenis van beide
namen ‘Anat’ en ‘Alfa’ is dezelfde: ‘vrouw’, begin van alles.
Even hoger zegt K. trouwens ook: “Haar naam luidde ongeveer als
‘VROUW’, ‘Aloa’, enz.”.
Fascikel 28
3089