background image
Het tijdschrift aan zijn lezers.
De hoofdgedachte die Emmanuel bezielt en drijft is deze: CHRISTUS IS 
ALLES!  Wie Hem bezit, heeft het leven, bezit alles.  Geen Heil, zelfs op 
aarde geen waar geluk zonder Hem!  Aangenomen of verworpen is hij, 
dien HIJ aanneemt of verwerpt.  Hij is de Hoeksteen; wie op Hem steunt, 
is veilig; op wie echter die Hoeksteen valt, is verpletterd (cfr. fasc. 10, 
inleiding en tekening Joannes de Doper in nr. 266).   
Van ieder van ons vraagt Hij alleen ootmoed en liefde.  Willen wij onze 
opdracht vervullen, wij moeten Hem kennen, ons geloof verdiepen, 
verrijken en Hem beminnen!  
Hierin wil Emmanuel ieder van de lezers behulpzaam zijn.  In Emmanuel 
leert men Hem kennen, als hadden wij geleefd aan zijn zijde.   
Ook zij die onchristelijk denken en leven, getuigen van die waarheid: 
geen echte vrede of geluk in een leven zonder Christus.  Ten bewijze de 
volgende dialoog met de Hongaars‐Oostenrijkse vrijzinnige dichter 
Niembsch von Strehlenau (Nikolaus Lenau) (1802‐1850).  
VRAAG:  
Wat, zonder Christus, in de wereld, is de mens?  
Kunt gij ‘t ons zeggen, heer Lenau, die ‘t zo intens,  
op aarde dakloos zwervend, ondervondt  
en uw belevenissen altijd raak vermondt?  
 
ANTWOORD:  
DE MENS ZONDER CHRISTUS  
(gedicht uit het Duits vertaald, tamelijk vrij wegens het rijm) 
Indien geen Godmens heeft bestaan,  
dan dwaalt de mens in donkre nacht  
met twijfels en onzekerheid belaan,  
vol angst, waarmee het Noodlot spot en lacht.  
D’ instincten van de menslijke natuur  
verlenen hem noch rust noch duur;  
daarbuiten ook maakt uur na uur  
zo menig onheil hem het leven zuur!  
Fascikel 13
521